Zelfs over het weergeven van de neusgaten had Scheltema zijn opvattingen

Leendert Scheltema deed niet zo maar wat. Hij dacht na over zijn werk als kunstenaar. Dat blijkt uit enkele boekjes waarin hij zijn theorieën over over de schilder-en portretkunst uiteenzet. Het gaat over kijkrichtingen, kwastbehandeling, perspectiefleer, compositie en begrippen uit de wiskunde. Dat doet Scheltema soms tot in het kleinste detail: we lezen ergens iets over het weergeven van de neusgaten!

Maar voor wie hij al die theorieën  opschreef, blijft onduidelijk. Wilde hij zijn gedachten ordenen? Maakte hij aantekeningen van gesprekken met Constant Artz, Berend Bongers, Albert Plasschaert of Jan Toorop, kunstenaars en generatiegenoten van wie hij volgens het RKD - Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis les kreeg? Waren het aantekeningen voor discussies binnen de Delftse kunstkring, waarvan Scheltema lid was?

 

Abacadabra of nieuwe theorie over tekenonderwijs?

De ene passage in de theoretische beschouwingen van Scheltema is door het handschrift beter leesbaar dan de ander. Collectie Ameland zoekt iemand voor wie het lezen van handschriften van zo rond een eeuw geleden een fluitje van een cent is. Nog mooier is wanneer iemand kan toetsen of de relaties met wiskunde, perspectief-en compositieleer hout snijden. Kortom: we zoeken iemand die een antwoord kan geven op de vraag of het abracadabra -  in de betekenis van onbegrijpelijk is -  of dat Leendert Scheltema een nieuwe methode voor tekenonderwijs ontwikkelde. Voor geïnteresseerden zijn afbeeldingen in hoge resolutie beschikbaar.

1928. 19 x 25 cm

Het schetsboekje uit 1914 waarin Scheltema zijn theorieën over de schilder-en portretkunst uitlegt

Een uitleg over hoe je de kijkrichting van de geportretteerde uitbeeldt.

Scheltema over draaiingen en de stand van de kwast.

Hier corrigeert Scheltema zich zelf.  'Het met potlood genoteerde van 18/4 is dus fout',  schrijft Scheltema in 1920.

1930. 11.2 x 15/5 cm

Stijlen

1895. 14 x 20 cm

1895. 14 x 20 cm

1902. 8.8 x 12.7 cm

1907. 13 x 20 cm

1907. 13 x 20 cm

1907. 13 x 20 cm

1907/1908. 12 x 18 cm

1907. 13 x 20 cm

1919. 11.5 x 16 cm

1919. 11.5 x 16 cm

1923. 10/2. 15 x 22.3 cm.

1925 11.5 x 16 cm

1926. 11.5 x 16 cm 

1926. 11.5 x 16 cm

1926. 11.5 x 16 cm

1928. 11.5 x 16 cm

1928. 11.2 x 15.5 cm

1928. 11.2 x 15.5 cm

1934? Controleren. Onbekend. 16.5 x 19.5 cm

1931/2 . 12.5 x 17.5 cm.

1933/34. 16.5 x 20.5 cm

1939 18 x 26.3 cm

1941/1942 18 x 26.3 cm.

1955. 11 x 16 cm

1963. 16.5 x 21 cm.